We blijven in deze serie nog even in Europa voordat we weer de oversteek naar Amerika maken en daar de bekende superhelden weer opzoeken. In Europa is namelijk ook heel wat aan de gang. Zo is daar Jean Dupuis, die in de Europese stripwereld heel wat voeten in de aarde had.
Jean Dupuis startte in 1898 een drukkerij in het Waalse Charleroi, midden in de Ardennen. In 1922 ging Jean ook verder als uitgeverij. In Europa was het succes van de comics in de Verenigde Staten ook niet onopgemerkt gebleven en veel van de comics werden naar Europa gehaald om hier uitgegeven te worden. Jean was een praktiserend katholiek en voelde zich Europeaan. Hij vond dat de normen en waarden uit de comics niet overeen kwamen met de normen en waarden waar hij voor stond en vond dat het tijd werd om er een Europees geluid tegenover te zetten. Jean vroeg zijn zoon Paul om dit uit te werken.
In 1937 werd striptekenaar Robert Velter (geboren in Parijs 1909) gevraagd door Dupuis of hij een personage wilde ontwikkelen voor een nieuw te lanceren stripblad. Paul ging er mee aan de slag en er werd gekozen voor een personage die een piccolo was. Dit was bewust gekozen, want jonge jongens, oftewel de beoogde doelgroep, beoefenden dit beroep.
Robert Velter werd dus gevraagd het personage uit te werken. Hij was geïnspireerd geraakt door de tekenstijl van Hergé, zoals hij Kuifje tekende. Jaren later zou de Nederlandse striptekenaar Joost Swarte aan deze tekenstijl de naam ‘klare lijn’ geven. In deze tekenstijl werd het personage van Robbedoes (in het Frans Spirou) geboren. Ook gaf Robert Robbedoes een maatje de eekhoorn Spip. In april 1938 werd de eerste Spirou uitgeven in het Franstalige deel van Europa. En enkele maanden later zou de in het Nederlands vertaalde versie Robbedoes uitkomen in het Nederlandstalige deel van Europa.
De Spirou/ Robbedoes werd al snel erg populair en groeide snel van 8 pagina’s aan strips tot aan 16 pagina’s. Maar door de oorlog werd het wel steeds moeilijker om de pagina’s van Robert naar België te krijgen. Robert werd ook nog opgeroepen om te komen vechten in het Franse leger en hij kon op dat moment de strip niet meer tekenen. Door de oorlog kon de tekenaar niet meer verder gaan met het teken van de serie. Vanaf dat moment nam zijn vrouw het voor een paar maanden over. Uiteindelijk werd besloten dat een jong Belgisch talent de strip over zou nemen: Joseph Gillian.
Ook de Robbedoes ontkwam niet aan het publicatieverbod van de Nazi’s en men probeerde het merk van Robbedoes in leven te houden door een poppentheatervoorstelling te maken over Robbedoes. De toenmalige hoofdredacteur Jean Doisy bedacht een nieuw personage voor deze poppenserie. Nadat het publicatie verbod niet meer van kracht was werd dit personage, Kwabbernoot, door Joseph ook toegevoegd aan de strip. Vanaf dat moment werd de strip Robbedoes en Kwabbernoot genoemd.
Uiteindelijk zou de serie later worden overgenomen worden door André Franquin. Hij zou de strip naar grote hoogte brengen en enkele nieuwe personages verzinnen, zoals Marsipulami en Guust Flater (Frans: Gaston Lagaffe).
Word vervolgd.
- De geschiedenis van het stripverhaal 1
- De geschiedenis van het stripverhaal 2: The Yellow Kid
- De geschiedenis van het stripverhaal 3: Bud Fisher
- De geschiedenis van het stripverhaal 4: Winsor McCay
- De geschiedenis van het stripverhaal 5: Animatiefilms
- De geschiedenis van het stripverhaal 6: Max Fleischer
- De geschiedenis van het stripverhaal 7: Elzie Crisler Segar
- De geschiedenis van het stripverhaal 8: Pulp Magazines
- De geschiedenis van het stripverhaal 9: Edgar Rice Burroughs
- De geschiedenis van het stripverhaal 10: The Reign of the Superman
- De geschiedenis van het stripverhaal 11: De eerste strips van Nederland
- De geschiedenis van het stripverhaal 12: De familiestrip in Amerika
- De geschiedenis van het stripverhaal 13: Walt Disney
- De geschiedenis van het stripverhaal 14: Walt Disney vs Max Fleischer
- De geschiedenis van het stripverhaal 15: The Funnies
- De geschiedenis van het stripverhaal 16: Het ontstaan van Adventure Comics
- De geschiedenis van het stripverhaal 17: Action Comics
- De geschiedenis van het stripverhaal 18: Wonder Man
- De geschiedenis van het stripverhaal 19: De koning, Jack Kirby
- De geschiedenis van het stripverhaal 20: Will Eisner
- De geschiedenis van het stripverhaal 21: Joe Simon
- De geschiedenis van het stripverhaal 22: Flippie Flink
- De geschiedenis van het stripverhaal 23: Kuifje
- De geschiedenis van het stripverhaal 24: John L. Goldwater
- De geschiedenis van het stripverhaal 25: Detective Comics en Batman
- De geschiedenis van het stripverhaal 26: Marjorie (Marge) Lyman Henderson
- De geschiedenis van het stripverhaal 27: Een nieuwe era
- De geschiedenis van het stripverhaal 28: Martin Goodman
- De geschiedenis van het stripverhaal 29: Nederlandse strip in WOII
- De geschiedenis van het stripverhaal 30: Marten Toonder
- De geschiedenis van het stripverhaal 31: Nederlandse stripbladen tijdens WOII
- De geschiedenis van het stripverhaal 32: Eric de Noorman
