Het grootste deel van de voorgaande artikelen beschreven een belangrijke periode in de stripgeschiedenis, dat later de Platinum Age of Comics werd genoemd. Dit begon met uitgaven zoals The Yellow Kid en The Funnies, en eindige met de publicatie van Action Comics #1 in 1938.
Met de geboorte van Superman in die eerste Action Comics stapten we langzaam een nieuwe periode binnen. We zitten dan aan het einde van de jaren 30: In Europa grijpen de Nazi’s de macht en in Amerika probeert men uit de Great Depression te kruipen. Het is de periode dat de comic uitgeverijen als paddenstoelen uit de grond schieten en het begin van wat men later de Golden Age of Comics zou noemen. Deze Golden Age zal duren tot circa 1956.
Tekenaars zitten in kleine kamers te tekenen om zoveel mogelijk pagina’s af te krijgen, omdat ze worden betaald per aangeleverde pagina. Het leek me interessant om in dit artikel eens te kijken naar de meer technische kant van de comics en te zien welke zaken er gedaan moesten worden om een pagina af te krijgen.
Allereerst moet er natuurlijk een verhaal geschreven worden. Dit doet de scriptschrijver. Vaak wordt op geel papier het verhaal geschreven waarbij aan de linkerkant de actie wordt beschreven en aan de rechterkant de dialogen van de comic staan.

Dan kwam de tekenaar die de pagina tekende, zoals Jack Kirby dat deed. De tekenaar vertaalt het script naar iets visueels. Hij/zij zorgt dat er een lay-out komt dat te volgen is en dat het verhaal goed laat zien. De tekenaar maakt de keuzes van de grootte van de kaders, de positie van de camera en dat de pagina de juiste balans heeft, zodat het leuk en makkelijk leest.
Als de tekenaar de pagina had getekend, ging deze naar iemand die de pagina’s inktte. De tekeningen werden vaak gemaakt met houtskool of met een potlood. De inkter ging dan over de lijnen heen. Een inkter kan ook bepaalde accenten aanzetten of foutjes weg poetsten. Tenslotte ging de getekende en geïnkte pagina naar de letteraar. Deze persoon zorgde ervoor dat de gesproken teksten in de woordballonnen werden geschreven.

En dat was dan alleen als het een zwart/wit comic was natuurlijk. Anders moet er ook nog iemand de pagina’s inkleuren. Zoals gezegd, Amerika probeerde net uit The Great Depression te komen en de meeste tekenaars waren blij dat ze werk hadden. Sommige tekenaars tekenden overdag in een van de studio’s en in de avonduren werkten ze nog als freelancers. De meeste tekenaars die in de strips waren net volwassen en de meesten waren kinderen van migranten en bijna alle mannen waren van Joodse afkomst, zoals we zagen in eerdere artikelen van Joe Simon, Will Eisner en Jack Kirby.
Veel van deze tekenaars durfden er eigenlijk niet voor uit te komen dat ze in de comicindustrie werkten. Als er gevraagd werd wat men deed voor werk, werd er gezegd dat men een commercieel artiest of freelance tekenaar was. Alles was beter dan er vooruit te komen dat ze comics maakten. Het plan wat veel van deze tekenaars hadden was dat een van hun comics zou doorbreken en in een krant zou komen, en dan zou het financiële succes gehaald worden. Mocht dat niet lukken, hadden ze het in elk geval geprobeerd. Men zag het tekenen van comics toch vaak als een tijdelijk baantje.
Tegenwoordig bestaan nog maar twee comic uitgeverijen dit uit deze tijd bestaan. Dat zijn DC (afgeleid van de Detective Comics) en Marvel Comics (afgeleid van Timely Comics, die we tegenkwamen in het artikel van Joe Simon). De andere uitgeverijen zijn gestopt of overgenomen. Maar hoe dat allemaal gekomen is komen we een andere keer op terug.
Wordt vervolgd.
- De geschiedenis van het stripverhaal 1
- De geschiedenis van het stripverhaal 2: The Yellow Kid
- De geschiedenis van het stripverhaal 3: Bud Fisher
- De geschiedenis van het stripverhaal 4: Winsor McCay
- De geschiedenis van het stripverhaal 5: Animatiefilms
- De geschiedenis van het stripverhaal 6: Max Fleischer
- De geschiedenis van het stripverhaal 7: Elzie Crisler Segar
- De geschiedenis van het stripverhaal 8: Pulp Magazines
- De geschiedenis van het stripverhaal 9: Edgar Rice Burroughs
- De geschiedenis van het stripverhaal 10: The Reign of the Superman
- De geschiedenis van het stripverhaal 11: De eerste strips van Nederland
- De geschiedenis van het stripverhaal 12: De familiestrip in Amerika
- De geschiedenis van het stripverhaal 13: Walt Disney
- De geschiedenis van het stripverhaal 14: Walt Disney vs Max Fleischer
- De geschiedenis van het stripverhaal 15: The Funnies
- De geschiedenis van het stripverhaal 16: Het ontstaan van Adventure Comics
- De geschiedenis van het stripverhaal 17: Action Comics
- De geschiedenis van het stripverhaal 18: Wonder Man
- De geschiedenis van het stripverhaal 19: De koning, Jack Kirby
- De geschiedenis van het stripverhaal 20: Will Eisner
- De geschiedenis van het stripverhaal 21: Joe Simon
- De geschiedenis van het stripverhaal 22: Flippie Flink
- De geschiedenis van het stripverhaal 23: Kuifje
- De geschiedenis van het stripverhaal 24: John L. Goldwater
- De geschiedenis van het stripverhaal 25: Detective Comics en Batman
- De geschiedenis van het stripverhaal 26: Marjorie (Marge) Lyman Henderson