Ze zijn met negenen om de heks Michec op te sporen en te verslaan, maar ook het Vree laat het gezelschap niet met rust. Diep in de krochten van het Volkspaleis moeten Richard, Kahlan, de heks Schalie en de zes Mord-Sith, Rikka, Vale, Vassia, Nyda, Berdine en Vika al hun verschillende vermogens aanspreken om hun tocht tot een goed einde te brengen en de dreiging te elimineren, voordat ze de Kahlan en de tweeling in veiligheid kunnen brengen naar de Burcht.
Nieuwe accenten
Net zoals bij de voorgaande novelles pikt De eed van de heks, het vierde deel in De kinderen van D’Hara-reeks, meteen in op het punt waar deel drie (Woestenij) gestopt was. De heks Michec heeft Kahlan, de Biechtmoeder, ook in zijn klauwen en dwingt de andere leden van het gezelschap om toe te kijken hoe hij haar wil beginnen te villen. Je stapt dus wederom moeiteloos over van het ene boek naar het andere, wel zie je dat dat er in dit deel andere accenten liggen op bepaalde elementen van het verhaal. In deel drie stond de zwangerschap van Kahlan nog behoorlijk centraal en waren ook de gedachten van Richard sterk gericht op de ongeboren tweeling en de gevaren die hen te wachten staan. Het vierde deel richt zich duidelijk meer op de dreiging van Michec en zelfs de gouden godin komt hier minder aan bod. Dit heeft dan voornamelijk te maken met het feit dat ze in de onderbuik van het Volkspaleis rondlopen en er dus minder mensen zijn waar ze mee in aanraking komen.
Terry Goodkind houdt de spanning nog steeds in het verhaal door op regelmatige momenten af te wisselen tussen rustpauzes en actie. Het vernuft of doortraptheid van Michec als heks speelt hier een belangrijke rol in, maar het Vree dat ook zo af en toe zijn opwachting maakt in grote getalen zorgt ervoor dat de personages het onderste uit de kan moeten halen en creatief aan de slag moeten met hun magische vaardigheden. Dat maakt de actie soms zeer intens maar kort, al gaat de vaart nooit echt uit het verhaal. Naar het einde toe wordt wel weer de grondslag gelegd voor het vervolg, hierdoor vallen de vechtscènes wat terug maar krijg je wel weer meer inzicht in de omgeving en extra uitleg over het verleden. De rijke wereldopbouw van Goodkind speelt hier natuurlijk zeker in zijn voordeel.
Onderbouwde magie
Het dodelijke kat en muisspel dat Richard en zijn gezelschap spelen om Michec eindelijk onschadelijk te kunnen maken, berust in dit vierde deel veel meer op een soort van wetenschappelijke onderbouwing van de magie. De doolhof onder het Volkspaleis werd in het voorgaande deel uitgebreid in kaart gebracht met nieuwe ontdekkingen voor Richard over zijn eigen thuis. De inzichten die hij daar heeft vergaard, helpen hem nu bij iedere beslissing die ze moeten nemen. De andere personages hebben hier minder van opgestoken en aangezien we meestal vanuit het perspectief van Richard lezen, voel je soms een beetje het ongeduld van Richard als hij zijn plannen toelicht.
Die toelichtingen maken wel dat je in dit deel nog meer het idee krijgt van een theoretisch opgebouwde magie. Het meesterwerk van Goodkind heet niet voor niets De wetten van de magie en dit is de eerste keer dat je dit in de novelles echt merkbaar tegenkomt. Goodkind gebruikt de rustmomenten om hier die uitleg gedetailleerd op te nemen en je zo doorheen het verhaal te loodsen en de actie te omkaderen. Het is een herkenbaar stramien dat je als lezer wat extra houvast biedt en de actie tussendoor brengt er wat meer vaart in als de uitleg alles wat vertraagd heeft. Dit in combinatie met de korte hoofdstukken maakt dat de pagina’s er toch snel door vliegen.
Conclusie
De eed van heks is het vierde deel in de novellereeks De kinderen van D’Hara en volgt een herkenbaar stramien van rustmomenten en actie om je door het verhaal te loodsen met voldoende vaart. Door de accenten te verleggen naar andere elementen in het verhaal blijft het interessant en verkrijg je weer nieuwe inzichten in de onderbouwde magie die Richard en Kahlan gebruiken om hun wereld te beschermen.

De Kinderen van D'Hara 4
9789024585311
Luitingh-Sijthoff
Mei 2021
Hardcover
272 pagina's