Zoals de vorige keer al werd beschreven werd de verhouding tussen de werknemers en werkgevers door de nieuwe economische voorspoed onder druk gezet. Walt Disney, op dat moment de grootste werkgever voor tekenaars, deed hier absoluut niet aan mee. In zijn hierarchisch georganiseerde bedrijf kregen de ‘normale’ werknemers maar weinig van de ontwikkelingen mee. Bovendien was er weinig lijn in de betaling van zijn werknemers: de meest gewaardeerde tekenaars kregen toegang tot de zogenoemde Penthouse Club met een stoombad en een trainingszaal, inclusief begeleiding van een oud-deelnemer van de Olympische Spelen. De minder gewaardeerde tekenaars hadden een salaris dat zo laag was, dat ze zelfs niets konden kopen in de cafetaria van Walts bedrijf.
Het zat Disney echter niet mee mer de financiële successen en nadat achter elkaar Pinoccio en Fantasia geflopt waren, moest Disney andere manieren verzinnen om geld te generen. Men besloot aandelen te gaan verkopen, maar dat vereiste heel wat inzicht in de financiele administratie. Hierdoor konden anderen zien wat Walt voor salaris had en de gemoederen liepen nog hoger op.
Walt verdiende namelijk 5 keer meer dan de andere mensen in de top van het bedrijf. En ten opzichte van de reguliere werknemers was het verschil nog veel schrijnender. De mensen in de Link and Paint Department verdienden bijvoorbeeld een schijntje, dit was dan ook de enige plaats in zijn bedrijf waar Walt vrouwen toestond. Dit zorgde ervoor dat steeds meer medewerkers van Walt in opstand kwamen en zich bij de vakbond gingen aansluiten.Voor Walt was dat een soort verraad, ze waren immers een familie.
In februari van 1941 riep hij iedereen bijeen om over de ontstane situatie te praten. Hij dacht dat als hij zijn werknemers zou toespreken, het allemaal wel goed zou komen. Maar de toespraak werd als erg denigrerend ervaren door het personeel. Op 29 mei 1941 sloot een van zijn zeer gewaardeerde senior tekenaars zich aan bij de vakbond, wat Walt zo boos maakte dat hij deze man (Art Babbitt) ontsloeg. Dit resulteerde erin dat de helft van de medewerkers opstapte. Door het gedoe in Walts bedrijf daalde het aandeel van Disney op de beurs, maar Walt weigerde om toe te geven aan de eisen van de medewerkers. Toen er buiten gedemonstreerd werd en Walt langs de poort reed, riep de ontslagen Art Babbitt naar hem of hij zich niet schaamde. Walts reactie was dat hij de auto stopte eruit stapte en met Art op de vuist ging.
Walt ging in de tegenaanval en plaatste een advertentie in het tijdschrift Variety, waarin hij aangaf dat de demonstraties een samenzwering waren van de communisten. En hij probeerde de FBI in te schakelen om de stakende en demonstrerende menigte opgepakt te krijgen. Maar Walt trok aan het kortste einde. Goede tekenaars waren schaars en de groep demonstranten lieten zich niet meer zo snel afschrikken. Walt kreeg een zenuwinzinking en vertrok naar Zuid-Amerika.

Toen Walt uiteindelijk weer terug kwam, bleek dat zijn broer Roy de staking had opgelost door de demonstranten en vakbonden op vrijwel alle vlakken tegemoet te zijn gekomen. Dat bracht de studio in een wat rustiger vaarwater, maar uiteraard deed het de financiële situatie niet veel goeds. De redding van de studio zou uit een verrassende hoek komen. Aan het eind van 1941 zou namelijk de haven Pearl Habour worden aangevallen, waarbij een groot deel van de Amerikaanse vloot werd vernietigd. Hoewel dit voor Amerika de reden was om zich in de Tweede Wereldoorlog te storten, leek Walt Disney daar in eerste instantie nog niet echt van onder de indruk. Toen in 1941 de Verenigde Staten gingen meevechten in de Tweede Wereldoorlog en Walt werd gevraagd in hoeverre de oorlog invloed zou hebben op zijn studio was zijn antwoord verassend: “What War?”
De studio van Walt was op dat moment op sterven na dood en Walt had andere dingen aan zijn hoofd. De oorlog zou echter zijn redding blijken te zijn. Daarover later meer.
Wordt vervolgd
- De geschiedenis van het stripverhaal 1
- De geschiedenis van het stripverhaal 2: The Yellow Kid
- De geschiedenis van het stripverhaal 3: Bud Fisher
- De geschiedenis van het stripverhaal 4: Winsor McCay
- De geschiedenis van het stripverhaal 5: Animatiefilms
- De geschiedenis van het stripverhaal 6: Max Fleischer
- De geschiedenis van het stripverhaal 7: Elzie Crisler Segar
- De geschiedenis van het stripverhaal 8: Pulp Magazines
- De geschiedenis van het stripverhaal 9: Edgar Rice Burroughs
- De geschiedenis van het stripverhaal 10: The Reign of the Superman
- De geschiedenis van het stripverhaal 11: De eerste strips van Nederland
- De geschiedenis van het stripverhaal 12: De familiestrip in Amerika
- De geschiedenis van het stripverhaal 13: Walt Disney
- De geschiedenis van het stripverhaal 14: Walt Disney vs Max Fleischer
- De geschiedenis van het stripverhaal 15: The Funnies
- De geschiedenis van het stripverhaal 16: Het ontstaan van Adventure Comics
- De geschiedenis van het stripverhaal 17: Action Comics
- De geschiedenis van het stripverhaal 18: Wonder Man
- De geschiedenis van het stripverhaal 19: De koning, Jack Kirby
- De geschiedenis van het stripverhaal 20: Will Eisner
- De geschiedenis van het stripverhaal 21: Joe Simon
- De geschiedenis van het stripverhaal 22: Flippie Flink
- De geschiedenis van het stripverhaal 23: Kuifje
- De geschiedenis van het stripverhaal 24: John L. Goldwater
- De geschiedenis van het stripverhaal 25: Detective Comics en Batman
- De geschiedenis van het stripverhaal 26: Marjorie (Marge) Lyman Henderson
- De geschiedenis van het stripverhaal 27: Een nieuwe era
- De geschiedenis van het stripverhaal 28: Martin Goodman
- De geschiedenis van het stripverhaal 29: Nederlandse strip in WOII
- De geschiedenis van het stripverhaal 30: Marten Toonder
- De geschiedenis van het stripverhaal 31: Nederlandse stripbladen tijdens WOII
- De geschiedenis van het stripverhaal 32: Eric de Noorman
- De geschiedenis van het stripverhaal 33: Robbedoes
- De geschiedenis van het stripverhaal 34: Willy Vandersteen
- De geschiedenis van het stripverhaal 35: Captain America
- De geschiedenis van het stripverhaal 36: Stan “The Man” Lee
- De geschiedenis van het stripverhaal 37: Superman tekenfilm
- De geschiedenis van het stripverhaal 38: Sentinels of Liberty
- De geschiedenis van het stripverhaal 39: Eisner & Lee in WOII
- De geschiedenis van het stripverhaal 40: Charles Addams
- De geschiedenis van het stripverhaal 41: Joe Simon & Milt Gross
- De geschiedenis van het stripverhaal 42: De geboorte van Wonder Woman
- De geschiedenis van het stripverhaal 43: Looney Tunes